6 februari [2]
6:1 |
Intussen had Jericho de poort gesloten;… |
6:2 |
…Zie, Ik geef Jericho met zijn koning, de krachtige helden, in uw macht. |
6:3 |
Gij moet om de stad heen trekken, terwijl alle krijgslieden éénmaal om de stad heen gaan; zó moet gij zes dagen doen, |
6:4 |
terwijl zeven priesters zeven ramshorens voor de ark uitdragen. Maar op de zevende dag moet gij zevenmaal om de stad heen trekken en de priesters zullen op de horens blazen. |
6:5 |
Wanneer men op de ramshoorn de toon aanhoudt en gij het geluid van de hoorn verneemt, dan moet het gehele volk een luid gejuich aanheffen en de stadsmuur zal ineenstorten en het volk moet daarop klimmen, ieder recht voor zich uit. |
6:7 |
…en laten de gewapenden vóór de ark des HEREN uit trekken. |
6:10 |
…ja, laat er geen woord uit uw mond uitgaan tot op de dag, dat ik u zeg: Juicht! – dan moet gij juichen. |
6:13 |
…en bliezen al gaande op de horens,… |
6:14 |
Aldus deden zij zes dagen. |
6:15 |
…alleen op die dag trokken zij zevenmaal om de stad heen. |
6:16 |
…zeide Jozua tot het volk: Juicht, want de HERE heeft u de stad gegeven! |
6:17 |
…alleen de hoer Rachab zal in leven blijven,… |
6:20 |
Het volk dan juichte, terwijl men op de horens blies;… En de muur stortte ineen,… |
6:23 |
…en zij wezen haar een verblijf aan buiten de legerplaats van Israël. |
6:26 |
Vervloekt voor het aangezicht des HEREN is de man, die zich opmaakt en deze stad Jericho herbouwt; ten koste van zijn eerstgeborene zal hij haar grondvesten, ten koste van zijn jongste haar poortdeuren inzetten. |
6:27 |
En de HERE was met Jozua en de mare van hem ging door het gehele land. |
Zie, Ik geef Jericho met zijn koning, de krachtige helden, in uw macht. De HERE had gezegd tegen Jozua: wees sterk en moedig. Tot vier keer toe. Dat moest ook wel want er was een grote taak voor hem weggelegd. Hij was aan de zijde van Mozes geweest en had gezien hoe Mozes worstelde met de weerbarstigheid en de zonde van het volk. Hij had gezien hoe God het volk in de steek wilde laten. Want God had er genoeg van. Hij had hen zo gezegend en keer op keer lopen ze andere goden achterna. God had hen toch met sterke hand uit Egypte geleid. En kijk nu eens. Nu geloven ze niet meer dat God hen in het beloofde land brengt. Het was toch het land dat God aan hun vaderen Abraham, Isaäk en Jakob beloofd had. En ze hadden het gebeente van Jozef toch met zich mee genomen. Want dat had de onderkoning Jozef bij zijn dood zo’n 400 jaar geleden bedongen. Begraven worden in het graf van zijn vader Jakob, die hij zelf met veel pracht en praal aldaar begraven had. Jozua wist ervan. Hij moest wel sterk en moedig zijn. Hij moest het van de HERE verwachtten en van niemand anders. En de HERE komt hem hier tegemoet. Wat een openbaring. De man met een uitgetrokken zwaard komt op Jozua af. Jozua gaat er op af en vraagt of hij een van ons is of van de vijand. Het antwoord is: “ik ben de vorst van het heer des HEREN”. Geen wonder dat Jozua op zijn knieën valt. Dit is hem te machtig. En dan moet hij de schoenen van zijn voeten doen, want de grond waarop hij staat is heilig. Net als Mozes bij de brandende braambos toen hij zijn opdracht kreeg. Als God een opdracht geeft dan sta je op heilige grond. Dan val je op je knieën en dan luister je naar zijn stem. God is groot. We moeten dan ook letten op wat de HERE tot ons zegt. Dat is hier wel op een krachtige wijze gebeurd. Maar dat gebeurt elke dag als God spreekt door zijn woord en door zijn Geest. Daar moeten we opmerkzaam voor worden. Niets gebeurt er toevallig. God heeft met alles een bedoeling. En het gaat erom dat wij eenswillend willen worden met zijn stem. God is groot en nooit genoeg te prijzen. Glorie voor zijn Naam. En dan zegt die vorst dat de HERE Jozua; Jericho de vorst en de sterke helden in zijn macht zal geven. Wat moeten ze doen, moeten ze de strijd aangaan? Moeten ze zich machtig vertonen? Neen. Het tegendeel. De mensen van Jericho hebben de poort gesloten. Niemand kan er meer in of uit. Want zij verwachten een zware aanval. Ze sidderen want ze weten dat die Israëlieten een God hebben van kracht. Wat zal het worden?
En dan komt Gods opdracht. Loop eenmaal per dag om de stad heen. De ark voorop. Al de krijgslieden lopen om de stad en de zeven priesters op de ramshoorn lopen voor de ark uit. Op de zevende dag moeten ze zeven maal om de stad heen lopen en de priesters zullen op de ramshoorn blazen. Wanneer men op de ramshoorn de toon aanhoudt en gij het geluid van de horen verneemt, dan moet geheel het volk een luid gejuich aanheffen en de stadsmuur zal instorten en het volk moet daarop klimmen ieder recht voor zich uit. Dat is dus het krijgsplan van God. Wat moet je daar nu mee? Dat slaat toch nergens op? Daar kun je toch niet mee voor de dag komen? Wat zal het volk gedacht hebben? En wat zullen de krijgslieden hebben gedacht? Staan wij daar voor aap. Om de stad heen lopen. Je kwetsbaar opstellen. En de ark met de priesters en de zeven op de ramshoorn blazend voorop. Dat zal geen ontzag inboezemen aan de andere kant. Die zullen krijgsberaad houden en nagaan hoe ze deze zwakke strategie onderuit kunnen halen. Maar Jozua geeft opdracht. En daar gaan ze om de stad heen. Er gebeurt niets. De zevende dag, zeven maal. En dan, als ze zevenmaal zijn rondgetrokken en de ramshorens de toon aanhouden, dan moeten ze allemaal in gejuich uitbarsten en de stadsmuur zal dan ineenstorten. Nu weten we achteraf dat het gebeurd is, maar ik vraag me af hoeveel echt geloofd zullen hebben dat het ook zou gebeuren. Zo zitten we toch in elkaar? En toen vast en zeker ook. We geloven alleen als we het kunnen begrijpen en kunnen zien. Anders hebben we zo onze twijfels. Het is alsof de HERE zijn pappenheimers kent en hen keer op keer op de proef stelt. Om hen er maar weer bij te bepalen waar de kracht en de overwinning nu écht vandaan komt. Op de knieën in afhankelijkheid van God. Want de grond waarop gij staat is heilig. Doe de schoenen van uw voeten. God spreekt. Hij wil dat we ons onvoorwaardelijk aan hen uitleveren zodat Hij ons kan gebruiken in zijn dienst van wonderen en grote daden. Zijn kracht in onze zwakheid. Dat is werkelijke kracht. Want tegen de kracht van God kan niemand op. Here, glorie voor uw Naam.
De gewapenden gaan eerst. Dan komen de zeven priesters met de ramshorens en dan de ark en dan de achterhoede, het volk. Elke dag weer. En dan komt de zevende dag. Zeven keer om de stad heen. De wachters op de muren van Jericho die ook deze dag één tocht verwachten, zien tot hun verbazing dat ze er keer op keer omheen trekken. Wat heeft dit te betekenen? Rachab de hoer zit met haar hele familie in haar hoerenhuis op de rand van de muur. Zij weet dat de God van Israël Jericho in hun macht geeft. Ze weet dat zij dan gered wordt. Maar hoe en op welke manier, weet zij ook niet. Het is allemaal wel spannend. Ze heeft het rode koord waarmee ze de mannen over de muur heen naar beneden heeft gelaten al die dagen al uitgehangen zoals afgesproken was als teken dat zij gered zou worden.
Jozua heeft het zeker aan het volk verteld. En ze hebben zeker het koord zien hangen en er over gesproken. Zie je wel daar hangt het koord. Dat is het huis van Rachab de hoer. Die zal gespaard worden. Daarvan zal het huis niet instorten. Dat heeft God beloofd. Daar staan de verspieders borg voor en Jozua heeft het met de HERE bekrachtigd. Jozua heeft bevolen dat er geen woord uit hun mond komt alle keren dat ze om de stad heen trekken. Het gaat er zwijgend aan toe. Alleen het geluid van de ramshoorn wordt gehoord. Ze mogen pas ‘juicht’ zeggen op het signaal van Jozua.
En op de zevende dag toen ze er zeven maal omheen getrokken waren riep Jozua: “Juicht, want de HERE heeft u de stad gegeven!” En wat gebeurt er? Dat wat de HERE gezegd heeft. Wat de HERE zegt dat gebeurt. Als de HERE zegt dat de muur valt, dan valt de muur. Als de HERE zegt dat Hij een eeuwigdurend verbond gesloten heeft met Abraham voor zijn land en voor zijn volk, dan gebeurt dat ook. Het kan kort duren of lang duren maar twijfel er maar niet aan. Ze kunnen vierhonderd dertig jaar in Egypte zijn geweest, maar Hij leidt ze uit naar het beloofde land. Ze kunnen nog zo weerspannig en zondig zijn, maar Hij gaat door met zijn plan. Ze zullen allen naar hun land worden teruggeroepen want Hij heeft het beloofd. De hele wereld kan tekeergaan, maar ze zullen zich deerlijk verwonden als ze zich verheffen tegen het volk van God en het land van God. God weet als de beste dat zijn volk vreselijk gezondigd heeft. Hij lijdt eronder dat ze zijn Zoon, hun Messias in de eerste plaats hebben verworpen en tot op vandaag verwerpen. Daar lijdt God aan. Maar wee je gebeente als je het lef hebt om dat volk van God dan ook nog een trap na te geven. Neen. God rekent met zijn volk af. Als wij denken daar een schepje boven op te moeten doen dan komen we bedrogen uit. Daarom is het zo belangrijk om dicht bij het woord te blijven en zijn profetisch woord des te vaster te nemen. En er niet aan te twijfelen. Want de Morgenster gaat op in uw harten. Het zal allemaal geopenbaard worden. Het wordt heel mooi. Let maar op. We zien het voor onze ogen.
Ze mogen niets meenemen, alles is in de ban, behalve het goud en zilver dat mag voor de dienst des HEREN verzameld worden. Rachab en haar hele huis worden gespaard. En zij wezen Rachab en haar huis een verblijf aan buiten de legerplaats om te wonen. En zo wordt Rachab opgenomen. En wat een wonder als we diezelfde Rachab tegenkomen in de geslachtsregisters van de HERE Jezus. Want Rachab trouwt en Boaz wordt geboren en Boaz krijgt bij Ruth, de Moabitische, een zoon Obed en zijn zoon is Isaï. En Isaï verwekt David zijn jongste die door Samuël wordt aangewezen om koning te worden in plaats van Saul die de HERE verlaat en eigen wegen ging. Twee vrouwen buiten het uitverkoren volk die belangrijk zijn voor de stamboom van de HERE Jezus. Het is de HERE die volkeren inschakelt om zijn heil te verkondigen. Het is fantastisch als je daar over nadenkt. Je begint dan ook te begrijpen dat de Messias niet alleen kwam voor zijn volk, maar dat zijn volk uitverkoren is om tot heil te zijn voor heel de wereld. Opdat de wereld wete dat de HERE God is. God schiep de hemel en de aarde. God is God van de gehele aarde. En de hele aarde zal herschapen worden zoals het was in den beginne. En zijn uitverkoren volk en zijn uitverkoren land hebben alleen de bedoeling om de Messias voort te brengen en een woonplaats van God te zijn. Vanuit Jeruzalem, de plaats waar God woont, zal eenmaal de wet uitgaan. En dat zal het brandpunt van de wereld zijn. Want alle krachten die dat kunnen verhinderen worden samengebald om dat tegen te werken. Daar hoeven we niet aan te twijfelen. Dat gaat gebeuren. God is goed, God is niet genoeg te prijzen. Wie aan deze Bijbelse, profetische werkelijkheid voorbij gaat is stekeblind en komt en profetisch en politiek en qua verwachting verkeerd uit. Het is juist de bedoeling dat we scherp zicht houden op wat het woord zegt over het verleden toen en het ethische en profetische heden nu en in de toekomst.
De stad wordt genomen overeenkomstig wat de HERE had gezegd. Niemand blijft in leven. Alleen het goud en zilver wordt verzameld. Maar Achan nam toch van het gebannene en we zien meteen wat er gebeurt.